De filosofie van FSF.org en de principes van OSI.org zijn naar mijn mening toepasbaar op alles wat ontwikkeld wordt in enen en nullen en distribueerbaar is op het net.
Denk bijvoorbeeld eens aan idealistische leerkrachten die gezamelijk een wiskundeboek ontwikkelen met een Free Documentation License. Daarmee is in een klap het huidige gekibbel over het onderwijsbudget opgelost.
Of een Nederlandse tak van Project Gutenberg zodat oude Nederlandse werken ook op het net terecht komen.
Daarom heb ik een piepjong initiatief gestart met de naam Vrijschrift.org. Het drijft op hetzelfde idealisme en concept dat achter niet-eigendomsmatige software schuilt.
Echter het stimuleren van dit concept is voor mij noodgedwongen omgeslagen in het beschermen van het concept door de dreiging van een richtlijn uit Brussel over softwarepatenten, en zo kom ik uiteindelijk hier terecht.
De uitgangsbasis is dat zowel de uitvinder als de economie baat hebben bij toekenning van het patent. Dit is allemaal goed geregeld in de Europese Patent Conventie (EPC). Zo is een uitvinding pas patenteerbaar als hij aan de "krachten der natuur"-regel voldoet, er een technisch probleem en een technische oplossing is, de uitvinding niet voor de hand liggend is, enzovoorts.
Een bedrijfsmethode staat expliciet in EPC genoemd als niet patenteerbaar. Het EPB omzeilt dit door te stellen: "Als je de bedrijfsmethode via een computer uit laat voeren, dan is het technisch en kan het wel gepatenteerd worden". In 2000 bedacht het EPB hiervoor de term "computer-geïmplementeerde uitvindingen". Op deze manier is ieder idee technisch te maken en patenteerbaar volgens het EPB, zelfs als een rechter daar anders over denkt.
Door niet patenteerbare ideeën via software te laten uitvoeren, dus computer-geïmplementeerd, worden ze volgens EPB technisch en zijn ze wel patenteerbaar. Hierdoor is het mogelijk om bedrijfsmethoden, presentaties van informatie, computerprogramma's, wetenschappelijke theorieën, ontdekkingen, etc. te patenteren. Deze groep "computer-geïmplementeerde uitvindingen" worden softwarepatenten genoemd. Softwarepatenten is dus niet de verzamelnaam van patenten op software (al wordt op deze manier ook vaak software gepatenteerd).
Bill Gates van
Microsoft schreef in 1991 hierover:
"Als mensen hadden begrepen hoe
patenten zouden zijn toegekend als de meeste ideeën van vandaag
zouden zijn uitgevonden, en als ze er patent op hadden genomen, dan zou
nu het bedrijfsleven compleet tot stilstand zijn gekomen."
Dit is niet alleen de mening van Gates. De CEC is door het Europees Economisch en Sociaal Comité gewaarschuwd, tal van in opdracht van de EU uitgevoerde onderzoeken zijn onder het tapijt geveegd, meningen van experts, wetenschappers, economen, duizenden ondernemers, en MKB-brancheverenigingen evenals een grootschalige petitie zijn totaal genegeerd.
Erger nog, de richtlijn werd opgesteld alsof deze zo door het EPB geschreven had kunnen zijn (hetgeen ook deels waar is).
Het is schandelijk hoe de CEC is omgesprongen met de belangen van burgers en ondernemers.
Als de richtlijn wordt goedgekeurd dan zijn in een keer 30.000 patenten in de rechtzaal afdwingbaar.
De "Richtlijn 2002/92 betreffende de octrooieerbaarheid van in computers geïmplementeerde uitvindingen" past de wet aan op de illegale praktijken van het EPB!
Een recent en gerespecteerd kwantitatief onderzoek is: "An Empirical Look at Software Patents" door Bessen & Hunt. Zij concluderen: "Softwarepatenten vormen als investering geen toevoeging op onderzoek en ontwikkeling, maar een vervanging voor onderzoek en ontwikkeling". Dit is een uiterst alarmerende conclusie. Tijdens de stemming van de JURI op 17 juni suggereerde McCarthy de drempel voor patenteerbaarheid voor het MKB te verlagen. Bessen & Hunt was eerder zeer duidelijk hierover: "Wij kunnen naïeve argumenten verwerpen dat meer patenten, minder strakke standaarden of lagere patentkosten leiden tot meer onderzoek en ontwikkeling".
Enkele huidige voorbeelden van EPB:Samenwerking op een sociale basis tussen publieke onderzoeksinstellingen en universiteiten is niet zo'n bekende cultuur. Lang voordat er eigendomsmatige software bestond maakten zij software met een niet eigendomsmatig karakter. Het concept van delen en ontwikkelen bracht ons GNU software. Later maakten zij publieke toegang tot hun wereldwijde internetwerk mogelijk zonder eigendom te claimen. Toegang voor alle geëinteresseerde programmeurs resulteerde in een nog steeds exploderende hoeveelheid niet eigendomsmatige software en kenners weten dat ze deze cultuur moeten koesteren. Dit is een belangrijk fundament van dot org organisaties.
Dot org heeft zijn eigen zakelijke model en het verbiedt niet geld te vragen voor het maken, implementeren, ondersteunen, enzovoorts. Resulterende software wordt vrijelijk gepubliceerd zodat anderen het kunnen gebruiken, verbeteren en opnieuw kunnen publiceren. Evolutie is een feit en het is geweldig nieuws voor onze wereldwijde economie, inclusief de derde wereld.
Los van minder overhead en efficiëntere communicatie, heeft dot org nauwelijks waarde in de zin van Intellectuele Eigendommen en is het minder gedreven door verwachtingen. In relatie tot de nieuwe economie maakten wij de fout te denken dat eigendom ook heilig is op het gebied van informatie. Regeringen en bedrijven beginnen langzaam te beseffen dat ze niet eigendomsmatige zaken die gepubliceerd kunnen worden in enen en nullen, zoals software, moeten koesteren en verzorgen. Dot org vormt een sterke fundering voor de huidige toepassingsgebieden.
Na deze uitleg mag duidelijk zijn dat ontwikkelaars van niet eigendomsmatige software onzinnige zaken als softwarepatenten verwerpen omdat ze simpelweg niet thuishoren in hun sociale cultuur terwijl ze een wapen vormen om die cultuur te vernietigen.
De voorgestelde richtlijn treft hen recht in het hart.
De EU rapporteur zegt publiek regelmatig "Ik ben tegen softwarepatenten" en bijna alle Europarlementsleden lijken het daarmee eens te zijn. Het lijkt op zijn minst onwetend omdat experts hebben aangetoond dat de voorgestelde richtlijn alle deuren openzet voor het patenteren van software en het vormt een rechtstreekse bedreiging. Maar politiek gaat over compromissen. De gemeenschap verliest zijn vrijheid van keuze of draait op voor het verlies van een economische inspanning als 30.000 patenten in de prullenbak verdwijnen. Consumenten betalen de prijs hoe dan ook, maar het is beter om je geld te verliezen dan je vrijheid te verliezen.
"In een beschaving dient een plaats gereserveerd te worden voor de wereld buiten de markt waar de intellectuele eigenschappen van de mens gerespecteerd worden."
Daarmee sluit ik af met de stelling dat softwarepatenten niet in onze maatschappij thuishoren.
(f)
copyleft 2003 Wiebe van der Worp, http://vrijschrift.org/swpat/